Volgens mij moet je nog altijd twee zaken uit elkaar houden.
Het oversteken waarvan sprake is buiten de kruispunten want op kruispunten kan je ook de dwarsrijbaan oversteken maar dat is geen maneuver, men vervolgt dan gewoon zijn weg.
43.3. Wanneer er een oversteekplaats voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen is, moeten de fietsers en de bestuurders van tweewielige bromfietsen die zich op het fietspad bevinden deze gebruiken.
Zij mogen zich slechts voorzichtig op de oversteekplaats begeven met inachtneming van de naderende voertuigen.
Fietsers die het fietspad volgen moeten om hun weg te kunnen verderzetten de oversteekplaats voor fietsers gebruiken.
Volgens Inazuma zou het gerechtigd oversteken op deze fietsoversteekplaats geen maneuver zijn.
Ik kan deze redenering ergens wel volgen omdat het vervolg van de te volgen weg verplicht aan de overkant van de rijbaan verdergaat wat je zou kunnen vergelijken met het dwarsen van de rijbaan op kruispunten om je weg te vervolgen.
Maar...
Als de fietser die het fietspad volgt deze oversteekplaats niet moet volgen om zijn normale weg verder te kunnen verder zetten maar de oversteekplaats wenst te gebruiken om de rijbaan over te steken omdat hij bijvoorbeeld een andere richting uit wil dan is er een probleem.
Het eerste probleem is dat die oversteekplaats totaal niet voldoet aan de plaatsingsvoorwaarden en misbruikt wordt om fietsers zogezegd bescherming te bieden bij het oversteken.
Het tweede probleem is dat die fietser op zulke oversteekplaatsen zijn normale weg niet vervolgt maar een maneuver uitvoert, namelijk de rijbaan oversteken omdat hij wenst naar de overkant te geraken.
Het is niet omdat cassatie dat beslist zou hebben in de situatie met een correct aangelegde oversteekplaats dat deze beslissing zou gelden op elke plaats waar fietsers op oversteekplaatsen de rijbaan werkelijk oversteken zonder dat zij daarbij hun normale weg vervolgen.
Enfin als er bordjes staan kan de fietser zich niet meer beroepen op het feit dat hij reeds bezig was met oversteken en aldus voorrang zou genieten om zijn oversteken te kunnen beeindigen tov bestuurders die duidelijk in aantocht waren.