0 leden en 2 gasten bekijken dit topic.
Artikel 55§ 2. In afwijking van de vorige paragraaf, kan tevens indien de bestuurder de toegelaten maximumsnelheid met meer dan 20 kilometer per uur heeft overschreden binnen een bebouwde kom, zone 30, schoolomgeving, woonerf of erf of indien de bestuurder de toegelaten maximumsnelheid met meer dan 30 kilometer per uur heeft overschreden of in het geval bedoeld in artikel 60, § 3, en 61ter, § 1, de onmiddellijke intrekking worden bevolen door de officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings.De officier van gerechtelijke politie deelt de betrokkene mee dat hij, overeenkomstig artikel 56, de mogelijkheid heeft de procureur des Konings of in voorkomend geval de procureur-generaal, de teruggave van zijn rijbewijs te vragen.De officier van gerechtelijke politie bezorgt onmiddellijk het procesverbaal van zijn beslissing aan het openbaar ministerie, met de eventuele vermelding van de verklaringen van de houder van het rijbewijs.
Artikel 60§ 3. Het besturen op een openbare plaats van een voertuig of van een rijdier of het begeleiden met het oog op de scholing is verboden aan iedere persoon die een voertuig of een rijdier bestuurde, daartoe aanstalten maakte of een bestuurder begeleidde met het oog op de scholing of op het punt stond een bestuurder te begeleiden met het oog op de scholing, voor de duur van zes uren te rekenen vanaf de vaststelling :1° wanneer de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet;2° wanneer de ademanalyse niet uitgevoerd kan worden en de ademtest een alcohol-concentratie aangeeft van ten minste 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht;3° ingeval van weigering van de ademtest of van de ademanalyse;
Artikel 61ter§ 1. Het besturen op een openbare plaats van een voertuig of van een rijdier of het begeleiden met het oog op de scholing is verboden aan iedere persoon die een voertuig of een rijdier bestuurde, een bestuurder begeleidde met het oog op scholing of op het punt stond te besturen of een bestuurder te begeleiden met het oog op de scholing, gedurende twaalf uur vanaf de vaststelling :1° wanneer de speekseltest de aanwezigheid in het organisme aantoont van minstens een van de stoffen bepaald in artikel 37bis, § 1, 1° in een gehalte dat gelijk is aan of hoger dan het gehalte bepaald in de tabel van artikel 61bis, § 2, 2°;2° in geval van weigering van de speekseltest of de speekselanalyse zonder wettige reden;3° in geval van een weigering omwille van een wettige reden of omwille van een praktische onmogelijkheid voldoende speeksel te collecteren, noch een speekseltest noch een speekselanalyse kon worden uitgevoerd en de gestandaardiseerde checklist bedoeld in artikel 61bis, § 2, 1° een indicatie geeft van tekenen van recent gebruik van één van de stoffen bedoeld in artikel 37bis, § 1, 1°;4° in geval het resultaat van de speekseltest negatief is en betrokkene zich blijkbaar bevindt in de toestand bedoeld in artikel 35.