Slechts weinigen gaan in beroep tegen een dergelijk vonnis in eerste aanleg.
Mijn vermoeden is daarom dat de bestuurder wellicht sneller dan tegen de maximum toegestane snelheid van 50 km/h gereden heeft, doch de agenten er nog een flinke schep bovenop gedaan hebben, en de bestuurder zich daarom niet bij zijn veroordeling in eerste aanleg neergelegd heeft.
Een rechter kan niets aanvangen met een verklaring volgens dewelke een bestuurder sneller dan toegestaan gereden heeft. Meten is weten, een rechter heeft een nauwkeurige snelheidsvaststelling nodig. Daarvoor wordt dure bemande en onbemande apparatuur ingezet. Dat de rechter in beroep dan ook niet dezelfde bewijskracht toekende aan de verklaring van een stel flikken van aan "'t zètje" lijkt mij begrijpelijk.
Mogelijk hebben er ook nog andere elementen meegespeeld. Misschien kende de rechter in beroep de weg waar de feiten zich zouden voorgedaan hebben beter dan zijn collega in eerste aanleg, en achtte hij het zo goed als onmogelijk om daar tegen 130 km/h te rijden.
In ieder geval is het schrijnend om te zien welke enorme rechtsonzekerheid in België heerst, als we de uitspraak in beroep vergelijken met die in eerste aanleg.