Een Belg, een Hollander en een Duitser werken in een Arabisch land waar er strenge wetten heersen op alcoholgebruik. Omdat ze deze wetten steeds aan hun laars lappen vliegen ze uiteindelijk tegen de lamp en worden ze door de scherprechter veroordeelt tot elk 100 stokslagen in het openbaar. Om toch niet een te barbaarse indruk te wekken staat de scherprechter hen toe een wens te doen alvorens de straf voltrokken wordt. Eerst komt de Duitser aan bod en deze wenst een matje om over zijn rug te leggen. De stokslagen volgen en de Hollander denkt in zichzelf dat hij er toch beter aan doet om een matraske te vragen want af en toe hoort hij die Duitser toch eens piepen. De Hollander komt aan de beurt en met de matras op zijn rug voelt hij werkelijk niets van de meppen. Ineens schiet hij in een lach want hij denkt aan die Belg. "Die koekoek zal er zeker nooit aan denken om een matraske te vragen, ha ha ha !!!". Goed, de Hollander heeft zijn straf geincasseerd, volgt uiteindelijk dan de Belg. Aan de scherprechter moet ook hij zijn wens bekendmaken : "Als je wilt makker, kunt ge dan dien Hollander niet eens op mijne rug vastbinden ?"
