In de geciteerde rechtspraak was het wel een stilstaande auto die rechts voorbijgereden werd, van rechts inhalen door een fietser was geen sprake.
Politierechtbank te Brugge, 5 november 2001
Een bestuurder begaat een onvoorzichtigheid door bij het naar rechts afslaan geen en/of onvoldoende rekening te houden met andere voorrangsgerechtigde weggebruikers, in het bijzonder met bromfietsers en/of fietsers, dewelke hij vooraleer van richting te veranderen had opgemerkt en/of kunnen opmerken en die zich op het ogenblik van de aanrijding op reglementaire wijze naast de wagen bevonden, zelfs indien deze zich bij het aanzetten van de wagen in de zogenaamde “dode hoek” bevonden.
Uit de situatieschets, door de verbalisanten bij de strafinformatie gevoegd, kan worden afgeleid dat bestuurder R. vooraleer rechts af te slaan in de Noordstraat tussen zijn wagen en de uiterst rechterkant van de rijbaan een zekere en voldoende vrije ruimte overliet, dewelke aan fietsers en/of bromfietsers de mogelijkheid bood om zich in bedoelde vrije ruimte te plaatsen naast bedoelde wagen vooraleer het kruispunt op te rijden.
Rekening houdend met de vrije ruimte, dewelke zich bevond tussen de wagen en de uiterst rechterkant van de rijbaan, was bestuurster S.D. dan ook gerechtigd om de stilstaande wagen rechts voorbij te rijden, terwijl geen enkele inbreuk aan bestuurster S.D. op de bepalingen van art. 16.3 AVR de Rechtbank bewezen voorkomt, nu het inhalen slechts geldt t.a.v. bestuurders die in beweging zijn (art. 16.1 AVR). Door rechts naast de stilstaande wagen tot stilstand te komen heeft bestuurster S.D. naar het oordeel van de Rechtbank dan ook geen enkele fout of onvoorzichtigheid begaan, in oorzakelijk verband met het ongeval en de schade.
betreffende in startpost:
Als een automobilist rechts wil afslaan moet hij toch geen voorrang verlenen aan een fietser die hem langs rechts inhaalt op de rijbaan terwijl hij met zijn richtingaanwijzer naar rechts vertraagt om af te slaan?
[...]
Dit naar aanleiding van een vraag op wegcode.be "Rechts inhalen door fietser "
"Na uw vraagbank geconsulteerd te hebben ben ik er van overtuigd dat een fietser enkel een stilstaand voertuig rechts mag inhalen.
...]
Merkt de autobestuurder dat hij zeker tot stilstand gaat komen om rechts af te slaan dan is het beter onvoldoende ruimte vrij te laten voor een fietser die dan eventueel in de dode hoek bevindt (alhoewel spiegelen moet).
De vraag is hoeveel is die ruimte ? Mag een fietser zich tussen een stilstaande wagen en de trottoir inwringen als er maar een gaatje van 0,5 à 1 metertje vrij is ? Wat dan met die 1 meter veiligheidsafstand tussen fietser en auto ?

Wat ik niet begrijp is dat de rechtbank
Art 40ter niet aanhaalt ten nadele van de voorbijrijdende fietser. (er zal wel voldoende ruimte geweest zijn zeker ?)
De fietser brengt meestal zichzelf in gevaar. Alhoewel de rechter van een zekere voldoende vrije ruimte sprak. Dat moet dan al 1 m + de breedte van de fietser geweest zijn, of pakweg > 1,5 meter tot de rijbaanrand of trottoir.
... een zekere en voldoende vrije ruimte overliet, dewelke aan fietsers en/of bromfietsers de mogelijkheid bood om zich in bedoelde vrije ruimte te plaatsen naast bedoelde wagen vooraleer het kruispunt op te rijden.
Een auto die vertragend tot stilstand komt kan zich onmogelijk dwars verplaatsen op wieltjes om die 1 meter zijdelingse afstand tov de fietser te bewaren of in te nemen als een fietser zich rechts in die vrijgelaten ruimte "wringt".
Artikel 40ter. Gedrag tegenover de fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen
De bestuurder van een auto of van een motorfiets mag een fietser of bestuurder van een tweewielige bromfiets die zich op de openbare weg bevindt onder de in dit reglement voorziene voorwaarden niet in gevaar brengen.
Hij moet een zijdelingse afstand van ten minste één meter laten tussen zijn voertuig en de fietser of bestuurder van een tweewielige bromfiets.
Ik weet... de motorvoertuigbestuurders moeten zich gedragen tov de fietser... andersom niet...
